Keywords: Spiritism, healing, public health, pseudo-science

============ Boekbespreking ============

Verschenen in Skepter 10(2) (1997) pp. 42-43

Bart Koene

Het verschijnsel Jomanda

Sinds Jomanda doorbrak in de media zijn er heel wat artikelen over dit 'genezend medium' geschreven, maar met Het Verschijnsel Jomanda, van Ewald Vervaet, beschikken we nu eindelijk over een wat uitgebreider overzicht van haar 'gaven'.

'Jomanda is een fenomeen. Ewald Vervaet is de laatste om dat te ontkennen en de eerste om haar leven en wonderen te ontra- felen,' stelt de flaptekst. Op de omslag omklemt The Lady of the Light, in het welbekende blauwe gewaad, met beide handen een lange dikke kaars. Maar Vervaet is allesbehalve een bewonderaar van Jomanda. En als het om het onderzoeken van haar vermeende genezende gaven gaat, kent hij weinig scrupules. Ook privé-aangelegenheden van het medium blijven niet buiten beschouwing. In de eerste twee hoofdstukken worden in totaal zo'n veertig genezingsclaims onder de loep genomen. De 'klassieke' gevallen van Mieke Decatte en Andy Bruynseels worden uitgebreid beschreven (zie ook Skepter, september 1995). Eerstgenoemde zou door Jomanda van blindheid zijn genezen: een claim die de aanleiding vormde van Vervaets onderzoek. Alles bij elkaar lijkt zijn speurtocht naar dergelijke genezingsclaims een aardig stuk onderzoeksjournalistiek. Om een lang verhaal kort te maken: zelfs Vervaet heeft geen wonderen kunnen constateren.

De hoofdstukken 3 tot en met 6 gaan over Jomanda en haar publiek. Het derde hoofdstuk over haar huidziekte, waarvan ze op paranormale wijze door de beroemde paragnost Gerard Croiset zou zijn genezen (Jomanda weigerde hierover met Vervaet te praten). Na een gedetailleerd hoofdstuk over Jomanda's 'schil- fers, pus en korsten' onthult Vervaet dat ze tot haar 18de levensjaar niet één maar twee huidziekten heeft gehad. Volgens hem is ze hiervan niet door Croiset maar door de reguliere geneeskunde verlost. Het diagnosticeren van de huidziekte(n?) van Jomanda gebeurde echter niet professioneel: leken traden op als waarnemers van de symptomen en bovendien werd geen praktiserend dermatoloog geconsulteerd.

In hoofdstuk 4 wordt Jomanda's leven beschreven: hoe ze zich van danseres tot 'genezend medium' heeft ontwikkeld. In het hoofdstuk 5 wordt onder andere de rol belicht van de journalist Jacques Onderwater, de voormalige (zaken)partner van Jomanda. Ze heeft veel te danken aan zijn organisatietalent.

Spontane hondjes

Vervaet lijkt geen kans onbenut te laten om Jomanda negatief af te schilderen, waarbij hij speculatie niet schuwt. Zo concludeert hij: `Jomanda mag dan altijd al goed geweest zijn in publiciteit, deze kracht is, zoals zo vaak in het leven, ook haar zwakte. Artikelen in de (populaire) pers, die haar naam en faam hebben bezorgd, kunnen bewaard en gekopieerd worden. Dat is nu haar achilleshiel gebleken: papier is geduldig, maar maakt genezingsaanspraken ook natrekbaar.' Die kwetsbaarheid lijkt echter mee te vallen. Twee voorbeelden: Op de voorpagina van Privé staat op 26 april 1997: 'Hoogleraar getuige van wonder in AMC-ziekenhuis. Jomanda haalt vriend van prof. Smalhout uit COMA!' en Buitenkans, het blad van Stichting DOEN/Nationale Postcode Loterij, tekent uit de mond van een prijswinnaar op: `Yomanda (sic) had het mij al voorspeld' (nr. 7.1, april 1997). Wie controleert dit?

In hoofdstuk 6 beschrijft Vervaet zijn bezoek aan Jomanda. Bijeenkomsten blijken tegenwoordig korter te duren dan vroeger (niet tweeënhalf maar anderhalf uur) maar deze verandering merkt hij niet op. Anderzijds noteert hij wel: 'Het ene kefhondje neukt ondertussen het andere; ik moet met een glimlach denken aan de zin: 'Dieren reageren heel spontaan op de energie van Jomanda.''(p.97) Jomanda bedient zich volgens Vervaet van hypnotische technieken om mensen in 'narcose' te brengen. 'In het algemeen geldt dat wilszwakte een goede basis vormt om in 'narcose' te raken' (p.101). Is dit een stelling zonder bewijs of een begin van een definitie van wilszwakte?

Hij noemt een aantal rooms-katholieke elementen in de bijeenkomsten, maar het spiritistische karakter van Jomanda's bijeenkomsten en uitspraken (een wezenlijk kenmerk) blijft onvermeld. Vervaet citeert ook geen studies over spiritisme. Desondanks heeft Vervaet spiritistenkenner en Jomanda- onderzoeker Jan Hendrik Sommer uitgebreid geraadpleegd.

Heldere kennis

Het tweede deel van het boek is gewijd aan beschouwingen die licht moeten werpen op 'het waarom achter het verschijnsel Jomanda.' Daartoe onderscheidt Vervaet drie vormen van kennis: feitelijke, harde en heldere. Volgens hem delen het medium en haar publiek een soort code met elkaar die door Vervaet 'heldere kennis' wordt genoemd: '[I]nnerlijk gevoelde kennis zou waar zijn, enkel en alleen vanwege de zekerheid waarmee je hem gevoeld hebt.' (p.114). De term omvat door Jomanda gebruikte begrippen als helderhorend, heldervoelend, helderziend en helderwetend.

'Harde kennis' is een andere vorm van schijnkennis. Een voorbeeld daarvan is volgens Vervaet de testpsychologie: Men denke aan intelligentietesten en persoonlijkheidstesten. Deze 'maakt het gevoelsleven leeg en koud. Dat gebeurt onder meer daar het terugbrengen van alle domeinen naar betekenisloze, willekeurige getallen'. En: 'Ook kan het door het inperken van de keuzemomenten zoals bij het kiezen van een sollicitant of van een vervolgschool en bij het stemmen op een partij. Tegen deze gevoelsleegte en -armoe biedt heldere kennis enig tegenwicht, omdat hij gevoelsmatig van aard is. Harde kennis tast ook zingeving aan.' (p.194)

'De enige juiste kennis is de feitelijke, die volgens Vervaet tot stand komt dankzij de door hem ontdekte 'onderzoekcyclus': achtergrondgedachte, verrassing, verklaringspoging, nieuwe achtergrondgedachte, enzovoorts (voor de kritiek hierop van C.M. Braams en verdere verwijzingen, zie Skepter, december 1996).

In zijn hoofdstuk over de tijdgeest spreekt Vervaet over een groeiende belangstelling voor New Age. Hij noemt Jomanda een 'populistische' vorm van 'heldere kennis' en geeft drie verklaringen voor die opbloei: rationalisering en 'onttovering', individualisering en ontkerkelijking. Een mogelijke vierde factor is volgens Vervaet het feit dat de 'rationalisering van het leven, bijvoorbeeld in de reguliere geneeskunde en de reguliere hulpverlening, is doorgeslagen in de richting van de harde kennis. De heldere kennis van de jaren '80 en '90 is mede een reactie op een terechte afkeer van de betekenisloze, boterzachte voorspellingen en van de kille beslissingen die erop zijn gebaseerd.' Toe maar.

Hoe populair is paranormale geneeskunde eigenlijk? Onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek toont aan dat van 1981 tot 1990 sprake was van een gestaag toenemende belangstelling voor de niet-reguliere geneeskunde. Na 1990 is het percentage dat een alternatieve genezer (inclusief `alternatieve' huisarts) raadpleegt niet verder toegenomen, eerder een beetje afgenomen. Het is eigenaardig dat Vervaet deze gegevens niet in zijn beschouwingen heeft opgenomen. Hij is overigens in het algemeen erg zuinig met literatuurverwijzingen. Die indruk wordt nog eens versterkt doordat referenties die hij wel in de tekst noemt, vaak niet voorkomen in zijn lijst van verwijzingen. (Ook zou een index handig geweest zijn.)

Pleegt Jomanda bewust bedrog? Vervaet maakt dat meer dan aannemelijk, en dat is misschien wel de enige verdienste van dit boek. Jomanda heeft alles wat Vervaet beweert natuurlijk gewoon ontkend. En ze kan zich dat ook gemakkelijk permitteren doordat ze over voldoende vrienden bij de media beschikt en zich goed kan presenteren. Het doel van dit boek, Jomanda bestrijden, lijkt een onhaalbare kaart.

Ewald Vervaet, Het verschijnsel Jomanda, Babylon-De Geus, Amsterdam, 224 bladzijden, f 29,90.

© Copyright 1997 by L. Koene, Utrecht, The Netherlands

Back to Skeptic Links, Servers, Articles